In de afgelopen periode zijn diverse artikelen en onderzoeken gepubliceerd, die zowel kansen bieden, maar ook bedreigingen benoemen voor sport en bewegen in Zuidoost. Allereerst is daar het onderzoek van RVVB (Register voor Verenigingsbestuurders) welke stelt dat een vijfde van de sportverenigingen het binnen enkele jaren moeilijk zal hebben. Vervolgens kwam het NOC*NSF met haar jaarlijkse rapportage, met de melding dat na corona 700.000 sporters zijn afgehaakt. Kansen zien we in het bericht van wethouder Sport Sofyan Mbarki (Amsterdam), die vol wil inzetten op behoud en vormen van sportverenigingen en in ons eigen stadsdeel portefeuillehouder Raoul White, die o.b.v. een eerder opgesteld rapport n.a.v. de Inspiratiesessie (Sportcafé Zuidoost, okt. 2022) nu werkt aan een Ambitieplan voor Sport en Bewegen in Zuidoost.
Het was Daniel Klijn (ooit nog gastspreker bij een Sportcafé Zuidoost met het thema: ‘Besturen met Visie’) die namens het RVVB met het onheilspellende bericht kwam dat uit onderzoek blijkt dat binnen vijf jaar de helft van het aantal sportverenigingen in Nederland (22.600) in ernstige problemen komt. Het RVVB heeft een onderzoek gedaan onder 1100 sportverenigingen. Benoemd werden o.a.: tekort aan vrijwilligers (en de vrijwilligers die er zijn, zijn vaak overbelast), stijgende kosten (geen sluitende financiën, denk aan minder contributie inkomsten en stijgende energiekosten) en veel bureaucratie (bijvoorbeeld bij subsidieaanvragen). De huidige kracht van sport en bewegen is dat er een enorme sportinfrastructuur ligt met sportverenigingen, welke miljoenen mensen in Nederland sport en bewegen aanbieden. Het RVVB vraagt aandacht van de politiek om te investeren in de sport. Zo is een Sportwet nodig, waarin de huidige sportinfrastructuur geborgd wordt. Overigens was een Sportwet ook al een advies van de Nationale Sportraad. Het voorbeeld voor de Sportwet is de Bibliotheken Wet, waarin alle bewoners in een gemeente recht hebben op de diensten van een bibliotheek. Een investering in Sport en Bewegen is nodig vanuit een sociaal maatschappelijk belang. Daarnaast is reducering van de regelgeving voor sportaanbieders noodzakelijk. Sportverenigingen zijn vanwege hun laagdrempelige karakter essentieel voor de samenleving en zonder breedtesport geen topsport.
In haar jaarlijkse rapport “Zo Sport Nederland”, kwam het NOC*NSF een ander zorgwekkend bericht: “Na corona zijn ca. 700.000 mensen gestopt met sporten”. Vooral sporters in de leeftijd 13 tot 18 jaar zijn er in 2022 minder sporters dan in 2019. Dit speelt vooral bij lager en middelbaar opgeleiden. Het NOC* NSF wil de sport versterken omdat sport mogelijkheden biedt voor kansengelijkheid.
Het NOC*NSF pleit voor professionaliseren van de sport, waarbij de vrijwilligers vooral op administratief en facilitair gebied worden ondersteund. Sportverenigingen zijn ondernemingen geworden, die veel vragen van de hedendaagse vrijwilliger. Clubondersteuning kan een brug leggen tussen de sport en de aanspreekpunten binnen de gemeente of stadsdeel. Punt is dat sportverenigingen geen ondernemingen zijn, enige winst die zij realiseren is maatschappelijke winst. Wat opvalt in het rapport is dat het niet in elke sector het kommer en kwel is. Zo is de deelname bij het basketbal (met name 3X3) de afgelopen jaren gegroeid. Een pluim voor de basketballers die goed hebben ingespeeld op trends in de samenleving.
Het goede nieuws kwam van wethouder Sport Sofyan Mbarki. Amsterdam gaat investeren in de sportinfrastructuur. Al eerder werd bekend dat er miljoenen beschikbaar komen voor een verbetering van het Bijlmer Sportpark, in de voorjaarsnota kwamen daar nog eens tientallen miljoenen bij voor een investering in de Smart Mobility Hub (SMH, een parkeergarage op het voormalige sportpark Strandvliet, waar boven weer voetbalvelden, sporthallen en ruimte voor Urban Sports. Diezelfde Mbarki maakt geld vrij voor de realisatie (en behoud) en behoud van veertig nieuwe speeltuinen. De speeltuinen zouden een gemakkelijke entree naar sportverenigingen moeten zijn aldus de wethouder ‘Sport en Bewegen’. Een nobele gedachte. Zijn stelling is dat meer bewegen, Amsterdam 53 miljoen aan baten oplevert.
Daarnaast stelt Mbarki dat sportverenigingen van wezenlijk belang zijn voor de maatschappij. “Je leert mensen kennen die je niet vanzelfsprekend tegenkomt. Dit moeten we behouden. Het vrijwilligersleven is cruciaal als het gaat om sport en bewegen. Vrijwilligerswerk is de sociale cohesie in de buurt”, aldus Mbarki. Voetbal heeft het zwaar, daarom werkt Mbarki aan een ‘Voetbalagenda’. Hij ziet dat commerciële voetbalscholen de voetbalverenigingen verzwakken door jeugdtrainers een beter aanbod te doen dan de sportclub. Hij broedt op een plan om de beloningsstructuur binnen verenigingen te verbeteren. Maar er is meer verbetering nodig dan alleen bij het voetbal. Zo beschikt in Zuidoost slechts 30% van de 8-jarigen over een zwemdiploma. De uitdaging blijft groot.
De uitdagingen voor Zuidoost worden momenteel uitgewerkt in het Ambitieplan waar het DB momenteel actief mee is. Eind vorig jaar hebben vertegenwoordigers uit de sport bij elkaar gezeten, en benoemd welke kansen men ziet t.a.v. Sport en Bewegen om de doelstellingen vanuit het Masterplan Zuidoost te realiseren. In een Inspiratiesessie (oktober 2022) zijn o.b.v. vier thema’s (Samenwerken, Professionaliseren, Openbare ruime/Sportinfrastructuur en Talentontwikkelingen plannen en mogelijkheden bedacht. Het is fijn dat zowel op gemeentelijk niveau als op stadsdeelniveau gedacht en gewerkt wordt aan de verdere vorming van sport en bewegen in Zuidoost. Zeker is dat de sportaanbieders graag hun bijdrage willen leveren, om de burgers van Zuidoost optimaal te betrekken bij de sport.
HPB